Wat heb je nodig?
Piri piri-marinade:
- 5 Thaise rode chilipepers
- 2 rode paprika’s
- 4 knoflooktenen
- 1 el gerookt paprikapoeder
- 3 el koriander, fijngehakt
- 4 el basilicum, fijngehakt
- 100 ml olijfolie
- Sap en rasp van 1 citroen
- 1 el honing
- Zout en versgemalen zwarte peper naar smaak
Vlees:
- 800 g kippendijen met vel, zonder bot
Overig:
- 2 citroenen
Bereiding
Kip piri piri is van zichzelf vrij pittig. De mate van scherpte kan variëren afhankelijk van de gebruikte hoeveelheid chilipepers en andere ingrediënten zoals knoflook, citroen en kruiden. Dus als eerste de vraag: hou je van pittig of liever wat milder? Als je van spicy houdt, laat dan de zaadjes en zaadlijsten van de pepers zitten. Wanneer je BBQ-sauzen vaak snel pittig vindt, verwijder dan de zaadjes. Ben je helemaal geen fan van pittigheid? Gebruik dan milde rode pepers in plaats van de Thaise rode chilipepers en haal ook hier de zaadjes uit. Plaats alle ingrediënten voor de marinade in een blender of gebruik een staafmixer om alles tot een gladde saus te pureren.
Snijd vervolgens de kip in stukjes van ongeveer 1,5 x 1,5 cm en mix deze goed met de gepureerde marinade. Voor de optimale smaaksensatie kun je het best de kip drie uur laten marineren in de koelkast. In de tussentijd is het handig om de satéprikkers in water te weken. Als je gebruikmaakt van metalen prikkers mag je deze stap overslaan.
Snijd de citroenen in 4 stukken. Bereid de BBQ voor op direct grillen en verwarm deze tot 190 °C. Rijg de gemarineerde kip aan de stokjes en gril ze geleidelijk aan beide kanten tot ze een kerntemperatuur van 74 °C hebben bereikt. Meet dit met een kwalitatieve vleesthermometer. Gril tot slot de citroenen tot ze licht geschroeid zijn. Leg de piri piri-spiesjes op een schaal en serveer met de gegrilde citroenen, die je erover uitknijpt voordat je begint te eten. En voilà, eet smakelijk!